De antroposofie in deze tijd – Antroposofisch Leven

Antroposofie. Veel mensen zijn erin geïnteresseerd, een aantal weten er ook echt wat van, maar het blijft voor veel mensen, merk ik, toch ook ongrijpbaar. Binnen de antroposofie is er angst voor vergrijzing. Om dit te voorkomen, zijn er jonge mensen nodig die zich voor de antroposofie interesseren. En die zijn er dus ook. Maar het probleem is, dat Steiners voordrachten en ideeën meer dan honderd jaar geleden opgetekend zijn. Het taalgebruik is daarom vrij plechtig, sommige theorieën doen gedateerd aan en daardoor wordt de antroposofie als geheel voor veel mensen ontoegankelijk. Zonde!

Toegankelijkheid van antroposofische inzichten

Een van de doelen van deze website is om antroposofie toegankelijker te maken.

Ikzelf weet wel wat van de antroposofie, met name van de pedagogische en spirituele kant. Maar ook voor mij zijn veel aspecten nog ongrijpbaar. Het is een zoektocht, en via het bloggen over mijn zoektocht wil ik antroposofie beschikbaar maken voor een groter publiek. Ook wil ik graag de man achter de antroposofie proberen te begrijpen. Daarom zal ik ook stukjes schrijven over Rudolf Steiner zelf.

Antroposofie = het leven zelf

Antroposofie is in feite een beschrijving van het leven zelf; van alles wat er om ons heen en in ons is als een geheel ervaren. Voelen dat dat zo is. Hoe meer mensen dit beleven, hoe harmonieuzer de wereld wordt.

Wat we zelf kunnen doen. Nu!

Om een harmonieuze samenleving te creëren, is het allereerst hard nodig dat we over grenzen heen stappen. Zoals de grens tussen oud en jong. Ik ben jong, ik ben het groentje. Ik wil graag leren van eerdere generaties. Maar tegelijkertijd weet ik heel veel, en kan iemand die ouder is dan ik, ook weer van mij leren. Als oud en jong  openstaan voor elkaar, respect tonen, nieuwsgierig zijn naar elkaar, dan gaan we met elkaar leren, en dan kan de antroposofie vertaald worden naar de huidige tijd.

Het volgende citaat van Steiner vind ik hier goed bij passen:

“In de hele wereld zou deemoed tegenover degenen die onder ons staan en op wiens kosten wij ons hoger ontwikkelen, aanwezig moeten zijn. Als de plant zou kunnen denken, zou ze de steen moeten danken, dat hij de bodem geeft waarop zij een hoger leven kan leiden, en het dier zou zich tot de plant moeten neigen en zeggen: Aan jou dank ik de mogelijkheid om te bestaan -, en evenzo de mens ten opzichte van de hele natuur. En degene die hoger staat in de menselijke samenleving, moet buigen voor de onder hem werkenden en zichzelf zeggen: Als niet deze hardwerkende handen de nederige arbeid voor mij zouden verrichten, dan kon ik niet staan waar ik sta. – Niemand zou zich hoger kunnen ontwikkelen, als niet de bodem onder hem zou zijn voorbereid.”

Willen jullie ook bijdragen aan een beter begrip van de antroposofie in deze tijd? Vinden jullie het ook zo mooi om mee te werken aan die grote vertaalslag? Bijvoorbeeld door een gastblog hier, of door een interview? Laat het me dan weten in een reactie of in een mail. Hoe meer mensen er meedoen, hoe beter!